Het Europees Parlement wil misbruik van spionagesoftware strenger aan banden leggen. De leden roepen op tot beter onderzoek naar spywareprogramma’s zoals Pegasus, zodat de veiligheid van burgers beter wordt beschermd. Ook moeten er duidelijke afspraken komen over de programma’s en mogen lidstaten er geen misbruik van maken.
Een overtuigende meerderheid van het Parlement stemde donderdag voor het strengere toezicht. Dat gebeurde nadat een onderzoekscommissie woensdag haar bevindingen presenteerde over misbruik met spionagesoftware.
Autoriteiten zetten spionagesoftware in om verdachten van criminele activiteiten te volgen. Maar een aantal Europese landen heeft misbruik gemaakt van de inzet van deze spyware. Daardoor zijn rechten en vrijheden van burgers in gevaar gekomen, concludeert de commissie.
Pegasus is een van de bekendste spionageprogramma’s, gemaakt door het Israëlische bedrijf NSO Group. Deze software kwam in het nieuws toen bleek dat het werd ingezet om onder anderen journalisten en politieke critici te bespioneren.
Het Parlement vindt dat de inzet van spyware alleen nog in uitzonderlijke gevallen moet worden toegestaan. Het doel moet vooraf bepaald zijn en er moet een beperkte periode zijn vastgesteld. Verder moeten mensen op de hoogte worden gebracht als zij doelwit zijn geweest van spyware of als hun gegevens zijn bekeken bij toezicht op iemand anders.
Commissie en Raad zijn aan zet
Commissievoorzitter Jeroen Lenaers (EVP) zegt dat spyware een doeltreffend middel kan zijn om criminaliteit te bestrijden. Maar het mag geen risico vormen voor de rechtsstaat en grondrechten. “In plaats van spyware te verbieden, moeten we ervoor zorgen dat de EU-lidstaten aan bepaalde vereisten voldoen”, zegt hij. “Zoals effectieve rechterlijke machtigingen en onafhankelijk toezicht.”
Naar verwachting komen de Europese Commissie en Europese Raad nog voor het zomerreces met een reactie. Daarin maken ze bekend wat ze gaan doen met de aanbevelingen van de onderzoekscommissie gaan doen.