nieuwe EU-regels voor big tech

Bezoekers van ‘TikTok-experience’ Youseum

NOS Nieuws

  • Nando Kasteleijn

    redacteur Tech

  • Nando Kasteleijn

    redacteur Tech

Onder druk van Europa moeten grote online platforms uiterlijk maandag een reeks aanpassingen doorvoeren. De Digitale Diensten Wet vereist dat. Het doel: na bijna twee decennia ongeremde groei wil Europa meer greep krijgen op grote techbedrijven en op wat mensen online zien.

De nieuwe wet is enorm uitgebreid en bestaat uit 92 artikelen met bepalingen waaraan de techbedrijven zich moeten houden. Het gaat over beperkingen voor gerichte, gepersonaliseerde advertenties tot aan nieuwe jaarlijkse rapportages waarin de techbedrijven de risico’s van hun platforms moeten benoemen, bijvoorbeeld op het vlak van desinformatie of gevolgen voor de mentale gezondheid.

De techbedrijven zijn er volop mee aan de slag: zowel bij Meta als bij TikTok zijn meer dan 1000 medewerkers bezig om te voldoen aan de nieuwe wet. Als ze in de fout gaan, hangt ze uiteindelijk miljardenboetes boven het hoofd.

In totaal zijn de nieuwe regels van toepassing op negentien platforms van zestien bedrijven. Het gaat om techbedrijven met minimaal 45 miljoen maandelijks actieve EU-gebruikers; dat is breder dan alleen sociale media. Het gaat ook om Amazon en de App Store van Apple.

Kattenfilmpjes of voetbalwedstrijden

Gebruikers kunnen er ook direct al iets mee (al heb je dat misschien niet direct door). Wie actief is op onder meer Instagram, Facebook of TikTok krijgt de mogelijkheid om de gepersonaliseerde tijdlijn – aangestuurd door algoritmes – uit te zetten.

De stelling van techplatforms is altijd geweest dat je tijdlijn er beter van wordt als je op basis van je online voorkeuren bijvoorbeeld wel kattenfilmpjes krijgt te zien en geen voetbalwedstrijden (of andersom). Daarnaast hopen ze natuurlijk dat je dan langer op het platform blijft hangen, zodat ze meer geld aan je kunnen verdienen.

Brussel wil dat dus veranderen, en wel hierom. “Allereerst betekent dit dat het voor gebruikers makkelijker zou moeten worden om hun telefoon weg te leggen. Oftewel: dit zou de apps minder aantrekkelijk moeten maken”, zegt Sarah Eskens, universitair docent recht en technologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam.

Daarnaast, zegt ze, is het een open vraag wat de effecten zijn voor de privacy. “Je zou zeggen dat platforms, als iemand zijn tijdlijn niet wil personaliseren, dan ook minder data nodig hebben. Of ze dat in de praktijk ook aanpassen, weet ik niet.”

Kat-en-muisspel

De vraag is wel hoeveel mensen de functionaliteit straks kunnen vinden en of die veel gebruikt gaat worden. Bij TikTok moet je meerdere stappen doorlopen om er terecht te komen. “De optie moet altijd direct en gemakkelijk toegankelijk zijn”, zegt Paddy Leerssen, onderzoeker aan de Universiteit van Amsterdam. “Je zou wat de platforms nu doen, kunnen zien als hun openingsbod.”

Na het openen van TikTok moet je eerst lang drukken met je vinger, dan verschijnt er een menu, daar moet je kiezen voor ‘Feeds beheren’ en daar kun je ‘Gepersonaliseerde feeds’ uitzetten. De optie is ook bij de Instellingen te vinden. TikTok gaat gebruikers ook een melding sturen:

Je moet meerdere handelingen uitvoeren om bij de optie in TikTok te komen

“Ik vind dit niet makkelijk te vinden”, reageert Eskens. “Je ziet dat dat ze er een beetje mee gaan spelen door het zover mogelijk weg te stoppen en dan kijken ze of ze op de vingers worden getikt.” Een soort kat-en-muisspel dus. Bij Facebook en Instagram kom je iets sneller bij de optie uit.

Een andere verandering draait om welke informatie techbedrijven mogen gebruiken om gericht te adverteren. Bij minderjarigen mag er alleen nog maar worden gebruikgemaakt van de leeftijd en de locatie. Bij meerderjarigen mogen er geen data meer worden gebruikt over bepaalde gevoelige gegevens: denk aan politieke opvattingen of seksualiteit.

Verscherpt toezicht

De spannendste verandering voor de techbedrijven is niet zichtbaar voor gebruikers. Het toezicht op de bedrijven zelf wordt ook flink verscherpt. Dat gaat via een zogeheten risicobeoordeling die de bedrijven zelf moeten gaan doen en delen met Brussel, die deze beoordeelt. Vandaag is de deadline voor het eerste rapport.

“Ze moeten gaan nadenken over wat hun invloed is op de maatschappij”, legt Eskens uit. Bijvoorbeeld als het gaat om illegale content, haatzaaien, beïnvloeden van het publieke debat of gezondheid. “Als de negatieve effecten groot zijn, kunnen ze verplicht worden om aanpassingen te doen door content te verwijderen of aanpassingen in het algoritme”, zegt Eskens.

Of Brussel écht in staat is meer greep te krijgen op de techbedrijven, is afwachten. Tegenover een zeer ambitieuze EU staan partijen met onbeperkte financiële kracht en de wil om, als het nodig is, een jarenlange juridische strijd aan te gaan.

Bron