wat staat er op het spel?

De skyline van Dubai, met ‘s werelds hoogste gebouw Burj Khalifa

NOS NieuwsAangepast

  • Judith van de Hulsbeek

    redacteur Klimaat en Energie

  • Judith van de Hulsbeek

    redacteur Klimaat en Energie

De gevolgen van klimaatverandering hebben we dit jaar over de hele wereld kunnen zien en voelen: overstromingen, droogte, wekenlange hittegolven op land en in zee. Op meerdere plekken sneuvelden hitterecords, 2023 wordt waarschijnlijk zelfs het warmste jaar dat ooit is gemeten. Wat moet er gebeuren om ervoor te zorgen dat het niet nog erger wordt?

Die vraag staat opnieuw centraal op de klimaattop van de VN, de 28ste, die eind deze week begint in Dubai. Meer dan 200 landen onderhandelen op ‘COP 28’ over de stappen die zij moeten nemen om de opwarming binnen de perken te houden: in elk geval ruim onder de 2 graden en het liefst onder de 1,5 graad, zoals afgesproken in Parijs in 2015.

De kans dat dat lukt wordt steeds kleiner. Uit een recent rapport van de VN blijkt dat het klimaat met het beleid dat er nu ligt afkoerst op bijna 3 graden opwarming. Wat valt daar nog aan te doen? Vier vragen over een klimaattop in roerige tijden.

Wat zijn de verwachtingen?

Het wordt een loodzware top, verwacht Wopke Hoekstra. Hij zal als Europese delegatieleider proberen de ambities zo hoog mogelijk op te schroeven. Maar dat wordt niet makkelijk. Zelfs in rustige tijden is het moeilijk de neuzen dezelfde kant op te krijgen, zei Hoekstra vorige week op een persbriefing.

De belangen van oliestaten, opkomende economieën, ontwikkelingslanden en kleine eilandstaten liggen nu eenmaal ver uit elkaar. Maar nu, met de oorlogen in Oekraïne en in Gaza en spanningen tussen Amerika en China wordt het nog “oneindig veel lastiger”, denkt Hoekstra.

Vanochtend nog kwam het bericht dat de Amerikaanse president Biden niet naar de klimaattop komt. Hij zou het te druk hebben gehad met de oorlog in Gaza. Vorige week sloten de VS en China, ‘s werelds grootste uitstoters, wel een deal waarin ze zich opnieuw verbinden aan de klimaatafspraken van Parijs.

Ook benadrukten zij dat meer klimaatactie nodig is. Een belangrijk signaal, ook naar andere landen. Zo zal Rusland hierdoor naar verwachting minder snel dwarsliggen, om het bevriende China niet tegen de borst te stuiten.

Waar draait het om?

In Parijs hebben landen afgesproken elke vijf jaar hun klimaatplannen te laten doorlichten, om zo te kijken of die ook aansluiten bij hun klimaatdoelen. Dit jaar is er voor het eerst sinds 2015 zo’n tussenbalans gemaakt, de ‘Global Stocktake’. Daaruit blijkt – verrassing – dat de meeste landen nog niet op koers liggen.

Er moet dus meer gebeuren, maar wat precies? Daar gaat het in Dubai over. Op de agenda staat in ieder geval één punt waar de meeste landen zich wel in kunnen vinden: de verdrievoudiging van duurzame energie in 2030.

Een voorwaarde daarvoor is wel dat er genoeg financiële en technologische ondersteuning is om in de energiebehoefte van snel opkomende economieën te kunnen blijven voorzien.

Een ander belangrijk punt zijn fossiele brandstoffen. De opwarming van de aarde wordt voor het grootste deel veroorzaakt door het verbranden van olie, gas en kolen. Als het aan de Europese delegatie ligt wordt er een paragraaf in de slottekst opgenomen over het stoppen met fossiele brandstoffen, met een uitzondering voor uitstoot die kan worden gecompenseerd of afgevangen. Het zou – opvallend genoeg – voor het eerst zijn dat zo’n tekst over alle fossiele brandstoffen in een slotakkoord van een klimaattop wordt opgenomen.

Waarom 1,5 graad niet zomaar een getal is

En dat juist in de olierijke Emiraten?

Op meerdere klimaattoppen is geprobeerd dit taboe te doorbreken, maar dat wordt tegengehouden door onder andere de oliestaten. Dit jaar wordt het dus opnieuw geprobeerd, inderdaad uitgerekend in Dubai.

Er zijn grote twijfels of de voorzitter van de top, Sultan al-Jabr, zich er hard voor gaat maken. Hij is behalve minister van Industrie ook baas van het staatsoliebedrijf ADNOC. De Emiraten zijn de op zes na grootste olieproducent ter wereld.

Ze halen dagelijks meer dan 4 miljoen vaten ruwe olie uit de grond en zijn van plan hun productie in de komende jaren nog flink uit te breiden, en ook nieuwe velden aan te boren. “Alsof je tabaksfabrikant vraagt om een rookverbod te onderhandelen”, reageerden klimaatorganisaties vol ongeloof.

De scepsis is niet geheel onterecht. Vandaag nog kwamen via de BBC documenten naar buiten, waaruit blijkt dat er in de voorbereiding voor de top ook plannen waren om met verschillende landen over olie- en gasdeals te praten.

Positiever zijn de geluiden over Al-Jabrs rol in de uitbreiding van duurzame energie in ontwikkelingslanden. Hij heeft eerder gezegd dat “het geld moet rollen” in de richting van armere landen. Zelf zou hij het goede voorbeeld kunnen geven door bijvoorbeeld een flink bedrag toe te zeggen voor het klimaatschadefonds.

Is geld weer een belangrijk thema?

Zeker. De oprichting van dat schadefonds was op de vorige top een groot succes voor ontwikkelingslanden, maar er liggen nog geen afspraken over wie er aanspraak op mag maken en wie er moet gaan betalen. Daar hopen landen op deze top te besluiten.

Het zal ook gaan over die andere pot met geld, het Green Climate Fund. Daaruit kunnen ontwikkelingslanden putten voor hun energietransitie en aanpassingen aan gevolgen van klimaatverandering, zoals droogte of overstromingen.

Dit jaar zit er voor het eerst de beloofde 100 miljard dollar in die jaarlijks moet worden opgebracht, maar volgens experts is dat maar een fractie van wat nodig is om deze landen te helpen. Meer toezeggingen zijn dus nodig.

Bron