NOS Nieuws•
De maximale prijs die energieleveranciers mogen vragen aan klanten van warmtenetten, gaat hard omlaag. Dat komt doordat de prijs voor de zogenoemde stadsverwarming gekoppeld is aan de gasprijzen. En die gasprijzen zijn momenteel een stuk lager dan een jaar geleden, meldt toezichthouder Autoriteit Consument & Markt (ACM), die deze prijs reguleert.
Leveranciers van energie mogen volgend jaar maximaal 46,69 euro rekenen per gigajoule. Dit jaar is dat nog bijna twee keer zo veel (90,91 euro).
Overigens betaalde in de praktijk niemand zo veel omdat het kabinet een prijsplafond voor gas en elektriciteit introduceerde. Dat plafond moest de pijn voor consumenten van de fors gestegen energieprijzen enigszins verzachten. Ook voor warmtenetten kwam er zo’n plafond van 47,38 euro per gigajoule, als het verbruik onder een bepaald niveau bleef.
Klanten van een warmtenet, met bijvoorbeeld restwarmte van de industrie of de afvalverbranding, betalen ook voor hun aansluiting een jaarlijks bedrag. Daarvoor gaat de maximumprijs met ingang van 1 januari juist 12,5 procent omhoog, tot 618,82 euro.
Geen concurrentie
Omdat er geen concurrentie mogelijk is, heeft de ACM de prijzen van warmtenetten gereguleerd. Klanten zitten namelijk vast aan hun warmtenetwerk waar maar één leverancier de warmte levert. De ACM controleert jaarlijks of de prijsverhogingen redelijk zijn.
Uit onderzoek in 2023 bleek dat bijna alle vergunninghoudende leveranciers met hun vaste én variabele tarieven onder het wettelijke maximumtarief bleven, stelt de autoriteit. “De ACM ziet er ook in 2024 op toe dat leveranciers in 2024 alleen het maximumtarief in rekening brengen als dat vanwege de gemaakte kosten noodzakelijk is en dat warmteleveranciers hier transparant over zijn naar hun klanten.”