NOS Nieuws••Aangepast
Koning Willem-Alexander en koningin Máxima hebben door een boze menigte een weg naar hun auto moeten vinden na een bezoek aan het Slave Lodge-museum in Kaapstad.
Zo’n honderd mensen demonstreerden in traditionele kleding en riepen leuzen als “Jullie stelen onze cultuur”, “Respecteer ons” en “Wij willen compensatie”. Ze vroegen daarmee aandacht voor het slavernijverleden van Zuid-Afrika.
De betogers horen bij de Khoisan, de inheemse bevolking van Zuid-Afrika. De excuses van de koning voor het Nederlandse slavernijverleden zijn voor hen niet genoeg: ze willen ook daden zien, zo zeggen ze. Willem-Alexander bood op 1 juli van dit jaar excuses aan voor het slavernijverleden. Een half jaar eerder deed premier Rutte dat al namens de Nederlandse Staat.
Koninklijk paar moet zich weg banen door woedende menigte in Kaapstad
De sfeer voor het Slave Lodge-museum was aanvankelijk gemoedelijk. Het koningspaar sprak buiten met enkele demonstranten en twee van hen mochten mee naar binnen. Toen meer betogers naar binnen wilden, sloeg de sfeer om. De poorten van het museum werden daarop uit voorzorg gesloten.
“Het ging er even stevig aan toe”, zegt NOS-verslaggever Albert Bos. “Men ging eerst in gesprek met een kleine groep demonstranten, maar die groep werd steeds groter. Er ontstond wat duw- en trekwerk omdat mensen naar binnen wilden.”
Het is de derde en laatste dag van het staatsbezoek van het koninklijk paar aan Zuid-Afrika, op uitnodiging van president Ramaphosa. Het is het eerste staatsbezoek aan een Afrikaans land sinds Willem-Alexander op de troon zit.
Ramaphosa erkende de excuses van Willem-Alexander voor het slavernijverleden vandaag en sprak van een “belangrijke stap richting verzoening, repareren en het helen van oude wonden”.
Eerder al demonstraties bij bezoek Caraïben
Het is niet voor het eerst dat Willem-Alexander en Máxima bij een officieel bezoek te maken kregen met demonstranten. In januari onderbrak een demonstrant een college op Aruba, waarbij prinses Amalia, koning Willem-Alexander en koningin Máxima aanwezig waren. Ook zij wilde daarmee aandacht vragen voor het slavernijverleden.