Jonge ‘Orbánisten’ klaar voor de macht: 'Niet in EU-pas lopen wordt bestraft'

“We vormen hier één grote familie, een groep die voor elkaar zorgt”, zegt een student die als suppoost werkt op de camping aan de Donau, dicht bij de Hongaarse hoofdstad Boedapest. Hij had er afgelopen weekeinde zijn handen vol aan: honderden jongeren uit Hongarije en omringende landen zetten er hun tent op tijdens het jaarlijkse zomerkamp van het conservatieve Mathias Corvinus College, het MCC uit Boedapest.

Het is de eliteschool van de Hongaarse premier Viktor Orbán. Zijn regering financiert MCC, en Orbáns politieke rechterhand is tevens de baas van MCC, dat niet alleen een onderwijsinstelling is, maar ook actief is als denktank in Europa.

Het officiële doel, volgens de statuten: een vaderlandslievende nieuwe generatie klaarstomen om Hongarije te leiden. MCC opende onlangs ook een kantoor in Brussel, met als doel om Orbáns conservatief-nationalistische gedachtegoed te verspreiden vanuit het hart van de Europese Unie.

“Maar het is een misverstand om te denken dat wij ideologisch braaf de regering volgen”, zegt MCC-student Dorottya Demjén. “Ik leer aan het MCC om kritisch te denken.”

Ze is op één van de podia de inleider van de gastsprekers die vanuit heel Europa naar het zomerkamp zijn afgereisd. Als ze “de steeds hetere strijd tussen Brussel en Boedapest” als thema van het volgende debat aankondigt, klinkt er luid applaus.

De meeste studenten en docenten aan MCC zien Orbán als de dappere leider die strijdt vóór christelijke waarden en het gezin als hoeksteen, en tégen het “verderfelijke, liberale” Brussel waar de Europese Commissie Orbán verdenkt van grootschalig misbruik van EU-subsidiegeld.

‘Brusselse chantage’

Al bijna een jaar weigert de Commissie om die reden tientallen miljarden euro’s aan EU-subsidies, waar Hongarije wel recht op heeft, uit te keren. “Het is Brusselse chantage!”, roept Werner Josef Patzelt, een aan MCC verbonden Duitse hoogleraar, vanaf het podium. Hij is ervan overtuigd dat Brussel de Hongaren alleen maar hard aanpakt omdat Orbán een eigenwijze, conservatieve koers vaart.

De gastspreker naast hem, de in Hongarije bekende ultraconservatief Miklós Szánthó, is het daarmee eens: “Vanuit Brussel willen ze hun zogenaamde neutrale waarden, over migratie, over lhbti en over klimaat, afdwingen. Dat zijn geen neutrale, maar zuiver politieke waarden. En als je niet braaf in de Brusselse pas loopt word je gestraft.”

Op de eerste rij van toehoorders zit de Duitse rechtenstudent Benjamin Klein. Hij heeft er een lange reisdag vanuit Beieren voor over gehad om erbij te zijn. “Vanwege het oorlogsverleden van mijn land zijn debatten er al snel saai en voorzichtig. Maar hier in Hongarije hoef je niets te vrezen, hier kun je nog hardop zeggen wat je denkt.”

Uit zijn binnenzak haalt hij een koker tevoorschijn met daarin twee exclusieve sigaren. Hij hoopt die op te kunnen steken met een van de sprekers, later die dag: de Amerikaanse conservatieve provocateur Michael Knowles. Student Klein is een groot fan van Knowles, die berucht is vanwege zijn trans- en homofobe uitspraken en zijn beschrijving van klimaatactiviste Greta Thunberg als “psychisch ziek Zweeds meisje”.

“Ik hoop dat ik Knowles backstage nog kan benaderen vandaag”, lacht Klein nerveus.

Cultuuroorlog

“Het is hoog tijd om de in Brussel dominante, links-liberale politiek uit te dagen”, zegt de Brits-Hongaarse socioloog Frank Füredi in zijn werkkamer in Brussel, waar hij sinds kort leiding geeft aan het Europese MCC-kantoor.

Volgens hem heeft Brussel er belang bij om Hongarije af te schilderen als “duivelse bad boy”. Want daar tegenover, zegt Füredi, kan Brussel zichzelf dan presenteren als moreel superieur. “Het is een gevaarlijke cultuuroorlog die woedt.”

Füredi vindt het logisch dat Orbán fors investeert in ideologische instrumenten zoals MCC. “Hij doet dat om de Hongaarse waarden, die door Brussel worden bedreigd, te verdedigen. Wellicht dat die waarden ook in een land als Nederland als ouderwets en primitief worden gezien. Prima, zegt Orbán. Maar val ons als het kan dan ook niet lastig met jouw Brusselse of Nederlandse waarden.”

Op het terrein van MCC’s zomerkamp aan de Donau verlaat de Amerikaanse spreker Knowles na zijn optreden het podium. De Duitse student Klein schiet overeind, loopt op Knowles af en haalt zijn cadeau, de exclusieve sigaar, tevoorschijn. “Thank you so much”, reageert Knowles wat ongemakkelijk.

Als hij van Klein hoort dat in Hongarije conservatieven “zich gelukkig nog ongecensureerd kunnen uitspreken”, knikt Knowles instemmend. Met zijn nieuwe, zojuist in het Hongaars vertaalde boek in de hand, zegt de Amerikaan: “Het is fantastisch om te zien dat Hongarije nu de taak van gidsland in Europa op zich neemt.”

Klein glundert. “Mister Knowles, heeft u vandaag nog tijd om met mij de sigaar op te roken?”

Bron